Ga naar website navigation Ga naar artikel navigatie Ga naar inhoud

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Aan de raad van toezicht van Stichting ROC Midden Nederland

A.  VERKLARING OVER DE IN HET JAARVERSLAG OPGENOMEN JAARREKENING 2021

Ons oordeel

Wij hebben de jaarrekening 2021 van Stichting ROC Midden-Nederland te Utrecht gecontroleerd.

Naar ons oordeel:

• Geelt de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de
samenstelling van het vermogen van Stichting ROC Midden-Nederland op 31 december 2021 en van het
resultaat over 2021 in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs.

• Zijn de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties over 2021 in alle
van materieel belang zijnde aspecten rechtmatig tot stand gekomen in overeenstemming met de in de
relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen, zoals opgenomen in paragraaf 2.3.1
Referentiekader van het Onderwijsaccountantsprotocol OCW 2021.

De jaarrekening bestaat uit:

1. De geconsolideerde en enkelvoudige balans per 31 december 2021.

2. De geconsolideerde en enkelvoudige staat van baten en lasten over 2021.

3. De toelichting met een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en
andere toelichtingen.

De basis voor ons oordeel

Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens het Nederlands recht, waaronder ook de Nederlandse
controlestandaarden en het Onderwijsaccountantsprotocol OCW 2021 vallen. Onze verantwoordelijkheden
op grond hiervan zijn beschreven in de sectie 'Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de
jaarrekening'.

Wij zijn onafhankelijk van Stichting ROC Midden-Nederland zoals vereist in de Verordening inzake de
onafhankelijkheid van accountants bij assurance-opdrachten (ViO) en andere voor de opdracht relevante
onafhankelijkheidsregels in Nederland. Verder hebben wij voldaan aan de Verordening gedrags- en
beroepsregels accountants (VGBA).
Wij vinden dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons
oordeel.

Naleving anticumulatiebepaling WNT niet gecontroleerd

In overeenstemming met het Controleprotocol WNT 2021 hebben wij de anticumulatiebepaling, bedoeld in artikel 1.6a WNT en artikel 5, lid 1 sub n en o Uitvoeringsregeling WNT, niet gecontroleerd. Dit betekent dat wij niet hebben gecontroleerd of er wel of niet sprake is van een normoverschrijding door een leidinggevende topfunctionaris vanwege eventuele dienstbetrekkingen als leidinggevende topfunctionaris bij andere WNT-plichtige instellingen, alsmede of de in dit kader vereiste toelichting juist en volledig is.

B. VERKLARING OVER DE IN HET JAARVERSLAG OPGENOMEN ANDERE INFORMATIE

Naast de jaarrekening en onze controleverklaring daarbij, omvat het jaarverslag andere informatie, die
bestaat uit:

• Het bestuursverslag
• De overige gegevens

Op grond van onderstaande werkzaamheden zijn wij van mening dat de andere informatie:

• Met de jaarrekening verenigbaar is en geen materiële afwijkingen bevat.
• Alle informatie bevat die op grond van de Regeling jaarverslaggeving onderwijs en op grond van de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen, zoals opgenomen in paragraaf '2.2.2. Bestuursverslag' van het Onderwijsaccountantsprotocol OCW 2021 is vereist.

Wij hebben de andere informatie gelezen en hebben op basis van onze kennis en ons begrip, verkregen
vanuit de jaarrekeningcontrole of anderszins, overwogen of de andere informatie materiële afwijkingen
bevat.

Met onze werkzaamheden hebben wij voldaan aan de vereisten in de Regeling jaarverslaggeving onderwijs,
paragraaf '2.2.2. Bestuursverslag' van het Onderwijsaccountantsprotocol OCW 2021 en de Nederlandse
Standaard 720. Deze werkzaamheden hebben niet dezelfde diepgang als onze controlewerkzaamheden bij
de jaarrekening.

Het college van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van de andere informatie, waaronder het
bestuursverslag en de overige gegevens in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs
en de met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen, zoals opgenomen in paragraaf
'2.2.2. Bestuursverslag' van het Onderwijsaccountantsprotocol OCW 2021.

C. BESCHRIJVING VAN VERANTWOORDELIJKHEDEN MET BETREKKING TOT DE JAARREKENING

Verantwoordelijkheden van het college van bestuur en de raad van toezicht voor de jaarrekening

Het college van bestuur is verantwoordelijk voor het opmaken en getrouw weergeven van de jaarrekening,
in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs. Het college van bestuur is ook
verantwoordelijk voor het rechtmatig tot stand komen van de in de jaarrekening verantwoorde baten en
lasten alsmede de balansmutaties, in overeenstemming met de in de relevante wet- en regelgeving
opgenomen bepalingen, zoals opgenomen in paragraaf '2.3.1. Referentiekader' van het
Onderwijsaccountantsprotocol 2021.

In dit kader is het college van bestuur tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing die het
college van bestuur noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de naleving van die
relevante wet- en regelgeving mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van
fouten of fraude.

Bij het opmaken van de jaarrekening moet het college van bestuur afwegen of de onderwijsinstelling in
staat is om haar activiteiten in continuïteit voort te zetten. Op grond van genoemd verslaggevingsstelsel
moet het college van bestuur de jaarrekening opmaken op basis van de continuïteitsveronderstelling, tenzij
het college van bestuur het voornemen heeft om de onderwijsinstelling te liquideren of de activiteiten te
beëindigen of als beëindiging het enige realistische alternatief is. Het college van bestuur moet
gebeurtenissen en omstandigheden waardoor gerede twijfel zou kunnen bestaan of de onderwijsinstelling
haar activiteiten in continuïteit kan voortzetten, toelichten in de jaarrekening.

De raad van toezicht is verantwoordelijk voor het uitoefenen van toezicht op het proces van financiële
verslaggeving van de onderwijsinstelling.

Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening.

Onze verantwoordelijkheid is het zodanig plannen en uitvoeren van een controle opdracht dat wij daarmee
voldoende en geschikte controle-informatie verkrijgen voor het door ons af te geven oordeel.

Onze controle is uitgevoerd met een hoge mate maar geen absolute mate van zekerheid waardoor het
mogelijk is dat wij tijdens onze controle niet alle materiële fouten en fraude ontdekken

Afwijkingen kunnen ontstaan als gevolg van fouten of fraude en zijn materieel indien redelijkerwijs kan
worden verwacht dat deze, afzonderlijk of gezamenlijk, van invloed kunnen zijn op de economische
beslissingen die gebruikers op basis van deze jaarrekening nemen. De materialiteit beïnvloedt de aard,
timing en omvang van onze controlewerkzaamheden en de evaluatie van het effect van onderkende
afwijkingen op ons oordeel.

Wij hebben deze accountantscontrole professioneel kritisch uitgevoerd en hebben waar relevant
professionele oordeelsvorming toegepast in overeenstemming met de Nederlandse controlestandaarden, het
Onderwijsaccountantsprotocol OCW 2021, ethische voorschriften en de onafhankelijkheidseisen. Onze
controle bestond onder andere uit:

• Het identificeren en inschatten van de risico's:
- dat de jaarrekening afwijkingen van materieel belang bevat als gevolg van fouten of fraude,
- van het niet rechtmatig tot stand komen van baten en lasten alsmede de balansmutaties, die van
materieel belang zijn.

• Het in reactie op deze risico's bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden en het verkrijgen van
controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Bij fraude is het risico dat
een afwijking van materieel belang niet ontdekt wordt groter dan bij fouten. Bij fraude kan sprake zijn
van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten transacties vast te leggen, het
opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het doorbreken van de interne beheersing.

• Het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle met als doel
controlewerkzaamheden te selecteren die passend zijn in de omstandigheden. Deze werkzaamheden
hebben niet als doel om een oordeel uit te spreken over de effectiviteit van de interne beheersing van
de onderwijsinstelling. 

• Het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving, de gebruikte financiële rechtmatigheidscriteria en het evalueren van de redelijkheid van schattingen door het college van bestuur en de toelichtingen die daarover in de jaarrekening staan.

• Het vaststellen dat de door het college van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling aanvaardbaar is. Tevens het op basis van de verkregen controle-informatie vaststellen of er gebeurtenissen en omstandigheden zijn waardoor gerede twijfel zou kunnen bestaan of de onderwijsinstelling haar activiteiten in continuïteit kan voortzetten. Als wij concluderen dat er een onzekerheid van materieel belang bestaat, zijn wij verplicht om aandacht in onze controleverklaring te vestigen op de relevante gerelateerde toelichtingen in de jaarrekening. Als de toelichtingen inadequaat zijn, moeten wij onze verklaring aanpassen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot de datum van onze controleverklaring. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat een instelling haar continuïteit niet langer kan handhaven.

• Het evalueren van de presentatie, structuur en inhoud van de jaarrekening en de daarin opgenomen toelichtingen.

• Het evalueren of de jaarrekening een getrouw beeld geeft van de onderliggende transacties en gebeurtenissen en of de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties in alle van materieel belang zijnde aspecten rechtmatig tot stand zijn gekomen.

Gegeven onze eindverantwoordelijkheid voor het oordeel zijn wij verantwoordelijk voor de aansturing van, het toezicht op en de uitvoering van de groepscontrole. In dit kader hebben wij de aard en omvang bepaald van de uit te voeren werkzaamheden voor de groepsonderdelen. Bepalend hierbij zijn de omvang en/of het risicoprofiel van de groepsonderdelen of de activiteiten. Op grond hiervan hebben wij de groepsonderdelen geselecteerd waarbij een controle of beoordeling van de volledige financiële informatie of specifieke posten noodzakelijk was.

Wij communiceren met de raad van toezicht onder andere over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante bevindingen die uit onze controle naar voren zijn gekomen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing.

Wij bepalen de kernpunten van onze controle van de jaarrekening op basis van alle zaken die wij met de raad van toezicht hebben besproken. Wij beschrijven deze kernpunten in onze controleverklaring, tenzij dit is verboden door wet- of regelgeving of in buitengewoon zeldzame omstandigheden wanneer het niet vermelden in het belang van het maatschappelijk verkeer is.

Eindhoven, 22 juni 2022

Deloitte Accountants B.V.

Was getekend: I. Wetters MSc RA