Ratio’s
Met ingang van 2016 hanteert de Inspectie van het Onderwijs nieuwe risico-indicatoren (ratio’s) voor het tijdig kunnen detecteren van financiële risico’s bij onderwijsinstellingen.
Het Ministerie van OCW heeft voor een aantal kengetallen signaleringsgrenzen bepaald: een onder- en een bovengrens met daartussen een bandbreedte waarbinnen een bestuur zich het beste kan bevinden voor een gezonde financiële positie.
In de onderstaande tabel zijn deze ratio’s opgenomen, inclusief de realisatie van ROC Midden Nederland op basis van de cijfers over 2021 en 2020.
Ratio's
signaleringsgrenzen binnen organisatie | ||||
31/12/2021 | ondergrens | bovengrens | 31/12/2020 | |
Solvabiliteit 1 | 55% | 53% | ||
Solvabiliteit 2 | 60% | 30% | <60% | 59% |
Liquiditeit | 2,0 | 0,75 | 1,5 | 1,9 |
Absolute omvang liquide middelen | € 85,5 | € 2,0 miljoen | € 70,8 | |
Weerstandsvermogen | 55% | 53% | ||
Rentabiliteit | 5,6% | 3 jaar < 0% of | 3,0% | |
2 jaar < -5 % of | ||||
1 jaar < -10% | ||||
Huisvestingsratio | 10,0% | 15% | 10,5% | |
Personele lasten tov totale lasten | 77% | 70% | 77% |
Solvabiliteit
Na verrekening van het resultaat bedraagt het eigen vermogen aan het einde van het verslagjaar € 99,3 miljoen. De solvabiliteit 2 (inclusief voorzieningen) is in 2021 licht gestegen naar een niveau van 60%. De solvabiliteit 2 ligt ruim boven de door de Inspectie van het Onderwijs gehanteerde ondergrens van 30%. Hiermee heeft ROC Midden Nederland een gezonde solvabiliteit.
Liquiditeit
De liquiditeit is hoger dan 2020 en bedraagt aan het eind van 2021 2,0. Op grond van de meerjarenbegroting 2022-2024 is de verwachting dat de liquiditeit de komende jaren boven de normen van de Inspectie van het Onderwijs zal blijven (2022: 1,5; 2023: 1,1; 2024: 1,2).
Daarnaast is er nog sprake van een beschikbare kredietfaciliteit van € 11 miljoen inzake schatkistbankieren die aan het einde van 2021 volledig onbenut is. ROC Midden Nederland heeft een ruim toereikende liquiditeitspositie.
Weerstandsvermogen
Aan het einde van het verslagjaar bedraagt het weerstandsvermogen van ROC Midden Nederland 55%. Het weerstandsvermogen bevindt zich ruim boven de gestelde signaleringswaarde. Het weerstandsvermogen is licht gestegen ten opzichte van 2020 (52%). Dit is toegenomen met 2 miljoen, vanwege de vrijval van de voorziening groot onderhoud. Daar staat tegenover dat de komende jaren de afschrijvingskosten van groot onderhoud extra druk gaan leggen op de exploitatie. Op basis van de meerjarenbegroting 2022-2024 is de verwachting dat het weerstandsvermogen licht stijgt, 56% aan het einde van 2024.
Rentabiliteit
In 2021 is de rentabiliteit met 5,6% positief. Op basis van de meerjarenbegroting 2022-2024 is de verwachting dat de rentabiliteit positief blijft. Er is toch wel een jaar (2023) negatief, maar blijft wel binnen signaleringswaarden. Wel zullen er extra uitgaven worden gedaan om de onderwijskwaliteit te versterken. Daarnaast zullen er extra uitgaven worden gedaan op het gebied van vastgoed en duurzaamheid.
Huisvestingsratio
Het huisvestingsratio wat ROC Midden Nederland de afgelopen jaar heeft gerealiseerd, blijft ruim onder de signaleringswaarde van 15% van de totale lasten. Dit wordt veroorzaakt door inkrimping van de beschikbare capaciteit in de afgelopen jaren en het gebruik maken van een flexibele schil in de huisvestingsportefeuille. Op basis van de meerjarenbegroting 2022-2024 is de verwachting dat deze ratio zal groeien naar 11,4% aan het einde van 2024.
Signaleringswaarden voor mogelijk bovenmatig PEV
De signaleringswaarde gaat over het publieke deel van het eigen vermogen, dus exclusief privaat vermogen. Het publiek eigen vermogen komt boven de signaleringswaarde uit als het feitelijk eigen vermogen (wat is af te lezen van de balans) hoger is dan het normatief eigen vermogen (vermogen dat een onderwijsinstelling redelijkerwijs nodig heeft om bezittingen te financieren en risico’s op te vangen).
Voor onderwijsinstellingen bestaat de rekenmethode uit drie onderdelen: gebouwen + overige materiële vaste activa + risicobuffer. De signaleringswaarde bovenmatig publiek eigen vermogen is dan (0,5 * aanschafwaarde gebouwen * 1,27) + (boekwaarde resterende materiële vaste activa) + (omvangafhankelijke rekenfactor * totale baten).
Op basis van de gegevens in de jaarrekening 2021 bedraagt de signaleringswaarde (het normatieve eigen vermogen) € 121,8 miljoen. Het eigen vermogen is € 99,5 miljoen waardoor de signaleringswaarde niet wordt overschreden.
Signaleringswaarden voor mogelijk bovenmatig PEV | x 1.000 | |||
2021 | 2020 | |||
Totaal Baten | 181.588 | 168.262 | ||
Aanschafwaarde Gebouwen | 148.431 | 144.529 | ||
Boekwaarde Overige MVA | 18.471 | 18.890 | ||
Publiek EV | 99.506 | 87.052 | ||
Privaat EV | - | - | ||
Totaal EV | 99.506 | 87.052 | ||
(0,5 × (aanschafwaarde gebouwen × 1,272)) | 94.254 | 91.776 | ||
+ boekwaarde resterende materiële vaste activa | 18.471 | 18.890 | ||
+ (0,05 * totale baten) | 9.079 | 8.413 | ||
=normatief publiek Eigen Vermogen | 121.804 | 119.079 | ||
werkelijk publiek Eigen Vermogen | 99.506 | 87.052 | ||
Onder (min) /boven (plus)-matige reserve | -22.298 | -32.027 |